Benelux-Hondekop, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

Foto's en affiches van de Beneluxtreinstellen van NS en NMBS

Amsterdam-Brussel v.v.

Affiche Beneluxtrein, NS 1957 | Jan de Haan (Spoorwegmuseum) Affiche Beneluxtrein, NMBS 1962 | André Pasture (collectie Arjan den Boer) English version

september 2014

In 1957 werden Amsterdam, Antwerpen en Brussel rechtstreeks en elektrisch met elkaar verbonden. Voordien reden er wel internationale treinen, maar minder frequent en alleen met toeslag en reservering.

De Beneluxtreinstellen leken op de Nederlandse Hondekop maar kregen eigen kleuren en konden overweg met de spannings­verschillen tussen beide landen. De twee nationale spoorweg­maatschappijen lieten ter promotie foto's en affiches maken.

De Beneluxtrein — die overigens nooit Luxemburg zou bereiken — stimuleerde de samenwerking tussen de buurlanden. In 1958 werd deze bekroond met de vorming van de Benelux Economische Unie.

door Arjan den Boer

Spanningssluis Essen-Roosendaal, 1957 | Fotograaf onbekend/NS (HUA)

Elektrificatie

Al in 1939 overlegde NMBS en NS over een elektrische spoor­verbinding tussen beide landen. Het spannings­verschil — 1500 V in Nederland, 3000 V in België — bleek echter spelbreker. De oorlog zorgde voor verdere vertraging. In 1948 sprak men af dezelfde netspanning te gaan gebruiken, maar daar is het niet van gekomen.

Uiteindelijk werd de spoorlijn Roosendaal-Antwerpen pas in 1957 geëlektrificeerd. Op de grens kwam een spanningssluis: een korte onderbreking van de bovenleiding. Voor een Benelux­dienst met doorgaande treinstellen was dus speciaal materieel nodig dat snel kon overschakelen.

Waarschuwings­borden

Machinisten werden bij de grens tussen Rosendaal en Essen gewaarschuwd door speciale borden die aangaven wanneer ze van voltage moesten omschakelen. Het personeels­blad Nieuw Spoor gaf uitleg over de betekenis van deze borden.

Uitleg waarschuwingsborden grens Nederland-België | Nieuw Spoor, NS 1957 (Spoorwegmuseum)

Beneluxtreinstel, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

Beneluxtreinstellen

Als uitgangspunt voor de Benelux­treinstellen diende de Mat '54, vanwege de lange neus bekend als Hondekop. Deze sneltreinen reden sinds 1956 bij de NS. Hun zware bouw zorgde voor een zeer comfortabele loop. De Benelux­variant werd donkerblauw in plaats van grasgroen uitgevoerd.

Ingrijpender was de afwijkende tractie-installatie. Daarmee kon in beide landen gereden worden, wat ten koste ging van betrouwbaarheid en gebruiksgemak. De 12 tweewagen­treinstellen — 8 voor de NS en 4 voor de NMBS — werden gebouwd door Werkspoor in Utrecht, maar de installaties waren van Belgisch fabrikaat.

Opschrift BNS op Beneluxtrein, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

Toen de Benelux­treinstellen in juli 1957 proefritten maakten waren ze nog voorzien van de letters BNS, de gecombineerde afkortingen van de spoorweg­maatschappijen. Uiteindelijk kregen ze echter een letterloze bies met een verbreding op de neus. De lichtgele belijning was ontworpen door stations­architect K. van der Gaast.

Cabine Beneluxtreinstel, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Feesttrein in Roosendaal, 18 sept. 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Koersbord Amsterdam-Brussel v.v. 1957 | Collectie Spoorwegmuseum

Ingebruikname

Op 18 september 1957 werd de Beneluxtrein officieel in gebruik genomen. Uit Brussel en Amsterdam vertrokken feest­treinen die op grensstation Roosendaal aan elkaar werden gekoppeld. Daar verrichtten de Belgische en Nederlandse ministers van Verkeer de symbolische ingebruikname door het aanbrengen van een speciaal koersbord in de kleuren van beide landen.

De gecombineerde trein, met aan boord zo'n 300 genodigden, reed vervolgens naar Antwerpen. Tijdens een feestelijk diner ontvingen de Directeur-Generaal cq. President van de Belgische en Nederlandse spoorwegen hoge onderscheidingen. Het geeft aan welk belang er werd gehecht aan het — eindelijk — tot stand komen van de Beneluxdienst.

Speech burgemeester Freijters van Roosendaal, 18 sept. 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

De burgemeester van Roosendaal hield een toespraak, hoewel het vervallen van de overstap op 'zijn' station waarschijnlijk ten koste ging van de lokale middenstand.

Koersbord Amsterdam-Brussel, 18 sept. 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (HUA)

Foto's Lex Hessels

De foto's van de ingebruikname werden gemaakt door NS-fotograaf Lex Hessels (1913-2000). Hij maakte bij de oplevering van de treinstellen al een fotoserie van het in- en exterieur.

Hessels werkte van 1946 tot 1974 bij de afdeling Propaganda van de Dienst Economische Zaken van de NS. Zijn foto's werden gebruikt in folders en brochures en op beurzen en tentoonstellingen.

De serie over de Benelux-treinstellen behoort tot Hessels beste werk. Waar andere foto's vooral registrerend waren — wel altijd van hoge technische kwaliteit — hanteerde hij soms een strakke esthetiek.

Tweedeklas afdeling Beneluxtrein, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Tweedeklas afdeling Beneluxtrein, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

De treinstellen waren opgedeeld in eersteklas coupés met elk zes zitplaatsen en open tweedeklas afdelingen met 48 zitplaatsen.

Het stalen meubilair was ruim 20 jaar eerder geïntroduceerd in de Mat '34. De bekleding was oorsponkelijk groen-blauw.

Balkon tweedeklas afdeling Beneluxtrein, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

Bij de interieurfoto's van de Beneluxtrein maakte Hessels gebruik van herhaling en symmetrie. Daarmee was hij schatplichtig aan de Nieuwe Fotografie van onder andere Cas Oorthuys. Dat gold ook voor de diagonale lijnen, het ongebruikelijk lage standpunt en de contrast­rijke lichtinval.

Eersteklas coupé Beneluxtrein, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Affiche Beneluxtrein, NS 1957 | Jan de Haan (Spoorwegmuseum)

Affiche Jan de Haan

Een affiche moest de reizigers op de stations vertrouwd maken met de blauw-gele kleurstelling van de Beneluxtrein. De aangegeven 'uurdienst' bestond eruit dat de trein 11 keer per dag reed, afwisselend met Antwerpen of Brussel als eindpunt. Het affiche is gemaakt door Jan de Haan (1917-1975), sinds 1946 in dienst bij de Nederlandse Spoorwegen als reclame­tekenaar.

De Haan was opgeleid aan de Rotterdamse kunstacademie en de Vrije Academie in Utrecht. Hij maakte ook vrij werk: aquarel­landschappen en olieverf­portretten. Zijn affiches zijn dan ook vooral figuratief. In het Benelux-affiche zijn, hoewel in iets ander perpectief, de foto's van Lex Hessels herkenbaar.

Benelux-Hondekop, 1957 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

Fotograaf Hessels en ontwerper De Haan werkten nauw samen. Als de creatieve geesten van de afdeling Propaganda waren zij beeld­bepalend voor de papieren uitingen van de NS in de jaren 50 en 60.

De nieuwe NS-huisstijl door Teldesign in 1968 zou het einde van hun tijdperk inluiden.

Afdeling Propaganda NS met De Haan (midden) en Hessels (rechts) | Fotograaf onbekend (HUA)
Passagiere Beneluxtrein, 1960 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Passagiers bij Beneluxtrein, 1960 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Wagons-Lits catering in Beneluxtrein, 1960 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)

Passagiers en personeel

In 1960 maakte Lex Hessels opnieuw een fotoserie in de Benelux­trein. In tegenstelling tot de eerdere series waren de treinstellen nu druk in gebruik. Hessels koos dan ook passagiers en personeel als onderwerp.

Hessels gaf het geheel glamour door vooral modieuze (jonge)dames te fotograferen, zowel passagieres als hostessen van Wagons-Lits.

Voor de catering door Wagons-Lits beschikten de Benelux­treinstellen over boordkeukens. Er werden geen complete maaltijden geserveerd maar koffie, drankjes, sandwiches en saucijzen­broodjes. Begin jaren 70 beëindigde Wagons-Lits de service in de Benelux­treinen.

Wagons-Lits hostess Beneluxtrein, 1960 | Foto: Lex Hessels/NS (Spoorwegmuseum)
Affiche Benelux(avond)trein, NMBS 1962 | André Pasture (collectie Arjan den Boer)

Affiche André Pasture

In 1962 brachten de Belgische spoorwegen affiches uit met als opschrift Overal in Holland met de avondtreinen. Het vooruitstrevende NMBS-affiche verschilde sterk van het traditionele NS-affiche uit 1957. De kop van het Benelux­treinstel is treffend gevat in simpele lijnen en kleurvlakken. Ondanks een molen als symbool voor Holland is het affiche verre van oubollig.

Het ontwerp was van André Pasture (1928-2006) die vanaf 1959 vooral voor de NMBS werkte. Het affiche heeft als eerste de eigen­schappen waarmee Pasture later furore maakte: een witte ondergrond met een haast abstracte weergave van een goed gekozen symbool. De tekst in Helvetica werd zorgvuldig uitgelijnd.

Beneluxtrein bij Lageveense Molen, Lisse 1962 | Fotograaf onbekend/NS (Spoorwegmuseum)

Molen

Misschien werd Pasture bij het ontwerp geïnspireerd door een foto van de Nederlandse Spoorwegen. Hij pleegde veel research om het juiste symbool te bepalen. De NS-foto met een Benelux­treinstel bij de Lageveense molen in Lisse is begin juni 1962 gemaakt, terwijl het NMBS-affiche in augustus van hetzelfde jaar verscheen. Pastures molen is gezien de piramidale voet een wipmolen, net als die in Lisse.

Waar De Haan de foto's van Hessels vrij letterlijk volgde, liet Pasture zich er alleen door op een idee brengen dat hij uitwerkte in zijn eigen beeldtaal.

Nasleep

De Beneluxdienst was zo'n succes dat men al snel overwoog treinstellen bij te bouwen of nieuwe te ontwikkelen. Uiteindelijk werd echter gekozen voor locomotieven met rijtuigen. In 1974 werd hiervoor een restauratie­rijtuig omgebouwd tot stuurstandrijtuig. Daarmee hoefde de locomotief niet om te rijden op kopstations.

In 1986 was het hoog tijd voor een nieuwe Beneluxtrein: Intercity-materieel in NS-geel en NMBS-rood, opnieuw met een stuurstandrijtuig en getrokken/geduwd door Belgische HLE 11-locomotieven. De laatste jaren reden ze in lichte kleuren en met TRAXX-locomotieven, zonder stuurstand.

Beneluxtreinstel 1207, Amsterdam Westhavens, 1991 | Foto: Cornelius Koelewijn

Eind 2012 werd de Benelux­trein opgeheven ten gunste van de Fyra. Vanwege het Fyra-debacle keerde de Beneluxtrein al snel terug, zij het met lagere frequentie en slechts tot aan Den Haag. Eind 2014 is Amsterdam weer het begin- en eindpunt. Eind 2016 rijdt de 'Benelux-plus' over de hogesnelheidslijn.

Beneluxtrein met stuurstandrijtuig en Fyrarijtuigen, 2009 | Foto: Ad Boer/Wikimedia Commons CC-BY-SA

De meeste Benelux­treinstellen zijn, na incidentele binnenlandse diensten, rond 1990 gesloopt. NMBS-treinstel 220.902 is het enige overgebleven exemplaar. Stichting Mat'54 Hondekop-Vier is in onderhandeling met de NMBS om het treinstel naar Nederland te halen en op te knappen.

Foto's en affiches van de Beneluxtreinstellen van NS en NMBS

kaart

Met dank aan Nel Hessels en Cornelius Koelewijn.

Verwante afleveringen:

Literatuur

J.M. ten Broek, Beneluxtreinstellen in: Op de Rails, 1988 nr. 5

Pieter Neirinckx, Affiches op het spoor, spoorwegaffiches in België 1833-1985, Tielt 2006

Heleen Vieveen en Henk Sijsling, Treindesign. De ontwikkeling van spoorwegmaterieel in Nederland, Amsterdam 1989

Roosendaal-Antwerpen elektrisch in: Nieuw Spoor, september 1957

Amsterdam - Brussel feestelijk ingewijd in: Nieuw Spoor, oktober 1957

Lex Hessels hing NS-kamera aan de bovenleiding in: De Koppeling nr. 515, juni 1974

Online bronnen

Spoorwegmuseum/Geheugen van Nederland: Spoorwegen in Beeld

Het Utrechts Archief: Beeldmateriaal

Delpher: Kranten

Documentatie van Beeldende Kunst in Utrecht: Jan de Haan

Wikipedia: